Materiaalaanduiding en materiaalnummers

Materiaalaanduiding of materiaalnummers, ook wel werkstofnummers genoemd, zijn een veelgebruikte methode om verschillende metaalsoorten aan te duiden.

Voor diverse producten en sectoren zijn metalen producten met specifieke eigenschappen gewenst. Om al deze metaalsoorten te onderscheiden zijn er materiaalnummers ontwikkelt. Hierdoor is het mogelijk om het juiste materiaal eenvoudig te omschrijven. In Duitsland worden materiaalnummers over het algemeen meer gebruikt dan in Nederland. In het Duits wordt een materiaalnummer "werkstoffnummer" genoemd, een term die ook wel in het Nederlands gebruikt wordt als "werkstofnummer".

Het benoemen van materiaalsoorten moet voldoen aan strikte eisen. De eisen zijn vastgelegd in diverse normen. Een overzicht van de opbouw van materiaalnummers en de benaming volgens diverse normen is hieronder te vinden.

Opbouw van materiaalnummers

Materiaalnummers, soms beter bekend als werkstofnummer of de Duitse benaming werkstoffnummer, zijn via een vaste standaard opgebouwd.

1.2345(67)

1.2345(67) Het eerste cijfer geeft de materiaalgroep weer

1.2345(67) De volgende 2 cijfers geven de staalgroep weer

1.2345(67) Het 4e en 5e cijfer geven het volgnummer weer

1.2345(67) Het 6e en 7e cijfer worden niet altijd weergegeven. Deze geven respectievelijk het raffinageproces en de materiaaltoestand weer.

1e Cijfer: de materiaalgroep

De materiaalgroep bestaat uit 1 cijfer en wordt onderverdeeld in de volgende groepen:

0. Gietijzeren materialen, ruwijzersoorten, ferro legeringen

1. Staal

2. Non-ferro zware metalen

3. Non-ferro lichte metalen

4. Poedermetalen, gesinterde materialen

5… 8 Niet-metalen materialen

9. Gereserveerd (bijvoorbeeld voor de ontwikkeling van nieuwe legeringen)

2e + 3e cijfer: de staalgroep

Hoofdgroep 0 (Gietijzeren materialen, ruwijzersoorten, ferro legeringen):

00 - 19 Ruwijzer
20 - 49 Meesterlegering, speciaal ruwijzer
60 - 69 Gietijzer, lamellair grafiet
70 - 79 Gietijzer, nodulair grafiet
80 - 89 Smeedbaar gietijzer
90 - 99 Speciaal gietijzer

Hoofdgroep 1 (Staal):

00, 90 Staal

Ongelegeerd staal:

01, 91 Algemeen constructiestaal met Rm < 500 N/mm²
02, 92 Ander constructiestaal, niet geschikt voor warmtebehandeling, Rm < 500 N/mm²
03, 93 Staal C -gehalte < 0,12% of Rm < 400 N/mm²
04, 94 Staal met C-gehalte = 0,12 ~ 0,25% of Rm = 400 ~ 500 N/mm²
05, 95 Staal met C-gehalte = 0,25 ~ 0,55% of Rm = 500 ~ 700 N/mm²
06, 96 Staal met C-gehalte ≥ 0,55% of Rm ≥ 700 N N/mm²
07, 97 Staal met een hoger P- of S- gehalte
10 Staal met speciale fysieke eigenschappen
11 Bouw, werktuigbouwkunde, containerstaal met C-gehalte < 0,5%
12 Machinebouwstaal met C-gehalte ≥ 0,5%
13 Bouw, machinebouw, containerstaal met speciale eisen
15 - 18 Container staal

Gelegeerd staal:

08, 98 Staal met speciale fysieke eigenschappen
09, 99 Staal voor verschillende toepassingen

Hoog gelegeerd staal, RVS

20 - 28 Gereedschapsstaal
32, 33 HSS gereedschapsstaal
35 Rollager staal
36 Staal met speciale magnetische eigenschappen
37 Staal met speciale magnetische eigenschappen - gelegeerd met Co
38 Staal met speciale fysieke eigenschappen
39 Staal met bijzondere fysieke eigenschappen - gelegeerd met Ni
40 Roestvast staal met < 2,5% Ni
41 Roestvast staal met < 2,5% Ni, met Mo
43 Roestvast staal met ≥ 2,5% Ni
44 Roestvast staal met ≥ 2,5% Ni, met Mo
45 Roestvast staal met speciale toevoegingen
46 Chemisch bestendige en zeer hittebestendige Ni-legering
47 Hittebestendig staal
48 Hittebestendig staal met ≥ 2,5% Ni
49 zeer hittebestendig materiaal
50 - 84, 86 Structureel, mechanisch en containerstaal geclassificeerd volgens legeringselementen
85 Nitreer staal
87 - 89 Bouw, machinebouw, container staal; hoge sterkte en geschikt voor lassen;

6e en 7e cijfer - het raffinageproces en de materiaaltoestand

Het 6e cijfer: Het raffinageproces:

0. Onbestemd of zonder betekenis
1. Onrustig Thomasstaal
2. Rustig Thomasstaal
3. Overige processen; onrustig
4. Overige processen; rustig
5. Onrustig staal (Siemens-Martin)
6. Rustig staal (Siemens-Martin)
7. Onrustig staal (oxystaal)
8. Rustig staal (oxystaal)
9. Elektrostaal

Het 7e cijfer: De materiaaltoestand

0. Onbehandeld of niet nader benoemde behandeling
1. Normaalgegloeid
2. Zachtgegloeid
3. Warmtebehandeling voor goede verspaningseigenschappen
4. Zachtveredeld (taai)
5. Veredeld
6. Hardveredeld (bros)
7. Koudverstevigd
8. Koudverstevigd, verenhard
9. Behandeld naar specifiek aangegeven methode

Notatie volgens de EN 10027

Naast de werkstofnummers, zoals deze o.a. in Duitsland veel gebruikt worden, maken we in Nederland meer gebruik van de materiaalnotitie volgens de EN 10027.

Volgens de EN 10027 wordt warmgewalst constructiestaal aangeduid met de letter S, gevolgd door een getal dat de rekgrens aangeeft (bijv. 235 of 355). Deze rekgrens geldt voor het dunste gespecificeerde plaatdikte en kan afhankelijk van de plaatdikte een bepaald percentage teruglopen.

Naast de aanduiding van de materiaalsoort en de rekgrens, wordt er aanvullende informatie verschaft door de toevoeging van 1 of meerdere symbolen welke achter de rekgrens worden vermeld:

JR = Minimale kerfslagwaarde (J) 27 Joule bij een beproevingstemperatuur van 20°C
J0 = Minimale kerfslagwaarde (J) 27 Joule bij een beproevingstemperatuur van 0°C
J2 = Minimale kerfslagwaarde (J) 27 Joule bij een beproevingstemperatuur van -20°C
K2 = Minimale kerfslagwaarde (J) 40 Joule bij een beproevingstemperatuur van -20°C
K4 = Minimale kerfslagwaarde (J) 40 Joule bij een beproevingstemperatuur van -40°C
N = De leveringstoestand normaalgegloeid / normaliserend gewalst
L = (Indien N van toepassing) gespecificeerde minimum kerfslagwaarde bij temperaturen niet lager dan -50 °C
M = De leveringstoestand thermomechanisch gewalst
W = Weervast staal
P = Staal verhoogd percentage fosfor (alleen bij de sterkteklasse S355)
Q = Staal in een veredelde toestand
L = (Alleen bij Q) een gespecificeerde kerfslagwaarde bij temperaturen niet lager dan -40 °C
L1 = (Alleen bij Q) een gespecificeerde kerfslagwaarde bij temperaturen niet lager dan -60 °C

In specifieke gevallen kan de aanduiding nog gevolgd worden door:

C = (Gegarandeerd) geschiktheid voor koudvervormen
+AR = Geleverd Als de producten expliciet zonder speciale wals- en/of warmtebehandelingstoestand geleverd moeten worden
+N = Als de producten expliciet normaliserend gewalst of normaal gegloeid geleverd moeten worden

Toleranties op de levering van plaat

De toleranties op de afmetingen van plaat zijn vastgelegd in verschillende normen.

Normen t.b.v. stalen platen, incl. RVS

EN 10131: Koudgewalste niet-beklede en met zink- of zink-nikkel elektrolytisch beklede platte producten van laag koolstofstaal en staal met hoge vloeigrens voor koudvervormen - Toleranties op afmetingen en vorm

EN 10143: Plaat en band van staal bekleed door continu dompelen - Toleranties op afmetingen en vorm

EN 10051: Continu warmgewalste band en plaat gesneden uit breedband van ongelegeerde en gelegeerde staalsoorten - Toleranties op afmetingen en vorm

EN 10029: Warmgewalste staalplaat van 3 mm of dikker - Toleranties op afmetingen en vorm

EN 10248-2: Warmgewalste damwandprofielen van ongelegeerde staalsoorten - Deel 2: Toleranties op vorm en afmetingen

EN 10249-2: Koud gevormde damwandprofielen van ongelegeerde staalsoorten - Deel 2: Toleranties op vorm en afmetingen

EN 10265: Magnetische materialen - Eisen voor plaat en band van staal met opgegeven mechanische eigenschappen en magnetische permeabiliteit

EN 10363: Continu warmgewalste stalen band met patroon en plaat gesneden uit brede band - Toleranties voor afmetingen en vorm

Normen specifiek t.b.v. aluminium platen

EN 485-3: Aluminium en aluminiumlegeringen - Plaat en band - Deel 3: Toleranties op afmetingen en vorm van warmgewalste producten

EN 485-4: Aluminium en aluminiumlegeringen - Plaat en band - Deel 4: Toleranties op vorm en afmetingen van koudgewalste producten

Bij een bestelling bij de walserij kun je aangeven volgens welke tolerantieklasse de plaat geleverd moet worden. Toleranties op de volgende maten worden in de norm vast gelegd:

  • Plaatdikte
  • Lengte
  • Breedte
  • Vlakheid
  • Haaksheid van de plaat
  • Haaksheid van de snede

Materiaalsoorten t.b.v. plaat en de bijbehorende normen

Bij een materiaalbestelling bij de walserij is het belangrijk aan te geven conform welke normen er geleverd moet worden.

Middels de normen leg je vast wat voor materiaal het moet zijn, waar de mechanische en chemische waarden aan moeten voldoen en welke toleranties vereist zijn. Verschillende materiaalsoorten vallen onder verschillende normen.

Hieronder zullen we een opsomming geven van de meest gebruikte materiaalsoorten en de bijbehorende normeringen ten behoeve van plaatstaal:

EN 485: Aluminium en aluminiumlegeringen - Plaat en band

EN 10025: Warmgewalste producten van constructiestaal

EN 10028: Platte producten van staal voor drukvaten

EN 10088: Roestvaste staalsoorten

EN 10111: Continu warmgewalste plaat en band van laag koolstofstaal voor koud dieptrekken of zetwerk

EN 10130: Koudgewalste platte producten van laag koolstofstaal voor koudvervormen

EN 10149 - Warmgewalste platte producten gemaakt van staalsoorten met een hoge vloeigrens voor koudvervormen

EN 10152: Elektrolytisch verzinkte koudgewalste platte staalproducten voor koudvervormen

EN 10209: Koudgewalste platte producten van laag koolstofstaal om te emailleren

EN 10343: Veredelstaal voor constructiedoeleinden

EN 10346: Continu-dompelbeklede platte staalproducten

ISO 683: Heat-treatable steels, alloy steels and free-cutting steels

Deze gegevens zijn met de uiterste zorgvuldigheid samengesteld. Het kan gebeuren dat er onjuiste gegevens in de tabellen staan. Hier kunnen geen rechten aan worden ontleend. Aansprakelijkheid voor fouten en/of schade ten gevolge van deze informatie is uitgesloten.

Meer informatie over:

Bekijk ook

Buigkracht berekenen

Bereken de kracht die nodig is om een plaat te buigen bijvoorbeeld m.b.v. een kantbank.

Lees meer
Gat-afstand berekenen

Bereken eenvoudig en snel de minimale afstand van de rand van gaten tot aan de zetlijn om vervorming te voorkomen.

Lees meer
Legeringselementen in staal

Door legeringselementen aan staal toe te voegen zijn de eigenschappen te beïnvloeden.

Lees meer